Bijzetting urn in familiegraf (inspraak van nazaten van de 1e rechthebbende?)
7 september 2021
Vraag nummer: 63553
Geachte heer van der Putten,
Ik ben rechthebbende van een familiegraf waar mijn grootvader, zijn 1e echtgenote en zijn 2e echtgenote zijn begraven. Het graf is ooit opgericht voor de 1e echtgenote, die als eerste is overleden (1894). Daarna overleed mijn grootvader (1932) en vervolgens zijn 2e echtgenote (1940). Onlangs is de urn met de as van een van zijn kleindochters uit het 2e huwelijk op haar eigen verzoek in het graf bijgezet. Ikzelf ben ook een kleinkind uit het 2e huwelijk. Er is onduidelijkheid ontstaan over de communicatie die ik daarover met de andere familieleden heb gehad. Met name de achterkleinkinderen uit het 1e huwelijk van mijn grootvader maken nu achteraf bezwaar tegen bijzetting van de urn en vooral tegen de plaatsing van een nieuwe grafsteen bij het oorspronkelijke graf. Afgezien van de hierboven genoemde onduidelijke communicatie, waarvoor ik zelf deels verantwoordelijk ben, vraag ik me af wat mijn formele positie is als eigenaar/rechthebbende van het graf. De begraafplaats (Zorgvlied in Amstelveen) beschikt niet meer over de verordening waarin de afspraken m.b.t. het graf destijds (in 1894) zijn vastgelegd. Mijn grootvader was toen de 1e rechthebbende.
Kan deze verordening nog relevant zijn voor het huidige conflict over de bijzetting van de urn en de plaatsing van de extra grafsteen? Of had ik als rechthebbende per definitie het recht hier over te beslissen, los van de vraag of ik de nazaten uit het 1e huwelijk hierover had moeten raadplegen? (de nazaten uit het 2e huwelijk waren akkoord).
Bij voorbaat dank voor uw reactie.
Antwoord:
Geachte heer,
Als de rechten van het graf op Zorgvlied op uw naam staan, kunt u - alleen - beslissen over het wel of niet bijzetten van urnen van familieleden in het graf en over het aanpassen of bijplaatsen van een gedenkteken.
Als er achterkleinkinderen uit het 1e huwelijk van uw grootvader zijn die bezwaar maken, dan zullen zij moeten onderbouwen op grond van wat zij menen dat u iets niet mocht doen en op grond van wat zij inspraak of zelfs een veto menen te hebben. Alleen maar ergens iets van vinden is geen juridische grondslag. Men zal een overeenkomst of testament moeten kunnen tonen, die hen recht van spreken geeft.
Een beheersverordening of reglement van de gemeente Amstelveen voor de begraafplaats, die geldig was in 1894, zal geen regels bevatten die de onderlinge verhoudingen van erfgenamen van rechthebbenden regelen en de zeggenschap van volgende regneraties. Maar stel dat daar bijvoorbeeld een regel in stond die inhield dat alle erfgenamen samen een opvolgende rechthebbende zouden moeten aanwijzen, dan heeft zo'n regel nu geen betekenis meer. Want de gemeenteraad is steeds gerechtigd om de verordening te moderniseren. Dan geldt nu de verordening ui 1894 niet meer, maar de 'Verordening op het gebruik en het beheer van de algemene begraafplaats “Zorgvlied” van de gemeente Amstelveen, gelegen te Amsterdam' die op 15 juni 2006 in werking is getreden.
Een oude verordening is alleen van belang voor essentiële kenmerken van een graf, zoals bijvoorbeeld het aantal kisten dat in een graf geplaatst mag worden. Zoiets kan een gemeente niet zomaar in een nieuwe verordening veranderen.
Als rechthebbende kunt u zelf over bijzettingen en over wijziging van het grafmonument beslissen en is er geen verplichting om nazaten uit het eerste of tweede huwelijk van uw grootvader te raadplegen.
Als iemand iets anders beweert, zal hij of zij dat men officiële documenten zoals een overeenkomst of een testament van uw grootvader moeten kunnen aantonen.
TIP
Laat nabestaanden niet onnodig zoeken naar oude polissen. Registreer of u een uitvaartverzekering hebt op Uitvaartverzekeringsregister.nl
Ook verstandig om in te vullen als u GEEN verzekering hebt.
Spelregels
