Mr Willem van der Putten

Mr Willem van der Putten Spelregels
Over Mr Willem van der Putten
Facultatieve
Sponsors

Grafrecht / rechthebbende / kosten opruiming grafbedekking


31 maart 2011

Vraag nummer: 24620  (oude nummer: 16606)

Weledelgestrenge heer van der Putten,

De ouders van mijn echtgenote zijn reeds geruime tijd geleden overleden en begraven op een RK Begraafplaats.
Overleden schoonmoeder heeft destijds de grafbedekking aangeschaft en laten plaatsen.
Schoonmoeder is in hetzelfde graf begraven van haar man.
Na overlijden schoonmoeder in juli 1991, is mijn echtgenote via notariële akte in rechte getreden.
De opdracht tot begraven van haar moeder en betaling van het grafrecht/begrafenis enz. werd dan ook door mijn echtgenote verricht.
Grafrecht was voor een periode van 20 jaar.

Begin februari jl. werd echter de zuster van mijn echtgenote schriftelijk benaderd door Administratie Begraafplaats inzake verlengen grafrechten.
Op het bij opgemelde brief bijgesloten antwoordformulier werd de jongere zuster van mijn echtgenote betiteld als rechthebbende op het betreffende graf.

Op antwoordformulier 3 keuzes: 1) grafrecht verlengen en onderhoud met 10 jaar voor Euro 625,-- 2) beëindiging grafrecht, verwijderen en afvoeren grafbedekking door de parochie Euro 175,-- 3) beëindiging grafrecht en eigenhandig verwijderen en afvoeren grafbedekking (i.o.m. parochie).
Bij parochie telefonisch het reglement voor betreffende R.K. Begraafplaats opgevraagd. Een samenvatting van dit reglement gedateerd 20 december 2010 onlangs ontvangen.

Dit reglement is op o.a. het punt kosten voor opruimen en afvoeren grafbedekking andersluidend dan het reglement welke destijds bij overlijden van schoonmoeder werd verstrekt. Laatstgenoemde reglement dateert van 11 oktober 1988, hierin staat bij art.21: “Geplaatste monumenten mogen nimmer meer door de rechthebbenden of anderen worden verwijderd van het Kerkhof en vervallen na afloop van de grafrechten aan het Bestuur van het kerkhof.”

Mijn echtgenote en haar zussen willen echter het grafrecht niet verlengen en het moeten betalen voor opruimen en afvoeren van de grafbedekking achten zij onterecht en het zelf opruimen is echter ook geen optie.

Enkele vragen over deze zaak:
1) Is er een bepaalde termijn dat beheerder begraafplaats, de rechthebbende van het graf schriftelijk in kennis moet stellen?
2) Is het correct dat zuster van mijn echtgenote werd aangeschreven als kennelijke rechthebbende i.p.v. mijn echtgenote ?
3) Moeten de opruimings- en afvoerkosten van de grafbedekking door de nabestaanden gedragen worden? (mede omdat de nabestaanden waaronder mijn echtgenote niet de plaatsers zijn geweest van de grafbedekking en mede in het licht gezien dat onlangs deze maand een reparatiewet van minister Donner van kracht is geworden over het eigendomsrecht van de grafbedekking die kennelijk met terugwerkende kracht van toepassing is)
4) Wat kunt u adviseren, wat wij de beheerder van de begraafplaats dienen te berichten?

Graag uw spoedig berichten vernemend,
Met vriendelijke groeten,
Fred Beumer

Antwoord:

Geachte heer,

Dat uw echtgenote in 1991 de opdracht tot begraven van haar moeder heeft gegeven en het grafrecht en de begrafenis heeft betaald, betekent nog niet dat zij rechthebbende van het betreffende graf was. Het kerkbestuur had haar een schriftelijk bewijs van vestiging van het grafrecht in de vorm van een grafakte of overeenkomst moeten aanbieden. Pas door het bestaan van een dergelijk document bestaat het grafrecht. Een overeenkomst komt natuurlijk ook pas tot stand als beide partijen tekenen.
U schrijft niets over een overeenkomst, dus ik vermoed dat die niet bestaat. Met name wat kleinere kerkelijke begraafplaatsen waren 20 jaar geleden nog niet zo goed op de hoogte van de sinds 1 juli 1991 geldende wettelijke eisen. Nu ja, op de hoogte konden zij wel zijn, want bisdommen hebben destijds tijdig voldoende informatie naar de parochies gezonden. Maar niet iedere parochie handelde daar naar. Gebrek aan menskracht, ontkerkelijking, enfin, ik hoef het niet toe te lichten.
Maar misschien was het graf ouder dan 1991, omdat uw schoonvader veel eerder overleden was dan uw schoonmoeder. Dan gold de eis van het bestaan van een schriftelijke overeenkomst niet. Hoewel het natuurlijk wel zeer verstandig was.

Als men geen grafakte of overeenkomst (in 2-voud) verstrekte, is dat misschien ook de verklaring waarom men de zuster van uw echtgenote aanschreef: de in 1991 beoogde rechthebbende (uw echtgenote) staat door een gebrekkige administratie niet als zodanig in de boeken. En uw echtgenote besefte in 1991 niet dat zij om een bewijs van haar rechten moest vragen.

Over naar uw vragen.

1. Ja, er is een wettelijke termijn waarbinnen de houder van een begraafplaats een rechthebbende verlenging van het grafrecht moet aanbieden. Ruim een jaar (maar niet eerder dan twee jaar) voor afloop van het grafrecht moet de houder van de begraafplaats aan de rechthebbende wiens adres hem bekend is, schriftelijk mededeling doen van het verstrijken van de termijn en hem of haar verlenging van het recht aanbieden. Dat is bepaald in artikel 28 Wet op de lijkbezorging.

2. Dat kan ik niet goed beoordelen. Als er geen overeenkomst was, kende de begraafplaatshouder uw echtgenote misschien niet als rechthebbende. De houder had een overeenkomst moeten aanbieden, maar uw echtgenote had ook een bewijs van recht kunnen vragen.
Maar men kan het ook positief bekijken en waarderen dat men de moeite heeft gedaan om nabestaanden te zoeken en te benaderen. De huidige functionarissen, meestal vrijwilligers, kunnen de tekortkomingen in de administratie van hun voorgangers niet persoonlijk worden aangerekend.

3. Nee, de nabestaanden hoeven geen kosten van ruiming van het grafmonument en het graf te dragen.
Ten eerste omdat, als er zo'n verplichting zou zijn, deze alleen kan gelden voor de rechthebbende. Want het kan alleen een contractuele verplichting zijn. Maar in casu is er waarschijnlijk geen contract, dus ook geen verplichting. Men zal een contract moeten kunnen tonen om die verplichting te bewijzen.
Ten tweede, als er wel een overeenkomst zou zijn, behelst deze de verplichting om dergelijke kosten te dragen niet. Dit was geen in 1991 bestaande en in 1991 overeengekomen verplichting. Ëén contractspartij kan niet eenzijdig nieuwe verplichtingen opleggen aan de andere contractspartij. Een nieuw beheersreglement doorbreekt natuurlijk niet per definitie bestaande overeenkomsten.

Deze vraag is al veel vaker gesteld en beantwoord. Zie o.a. vraag 16118: 'Graf opzeggen / kosten ruimen grafmonument' in de lijst van Meest gestelde vragen, in de subrubriek 'Eigen graf, particulier graf of familiegraf'.
Zie de vele vergelijkbare vragen over de kosten van het ruimen van een grafsteen, die al jaren geleden uitgebreider zijn beantwoord, in de sub-rubrieken
Begraven > Graf ruimen,
http://www.uitvaart.nl/?s_page_id=68&pid=1&scat=38
Begraven > Grafsteen/monument en
http://www.uitvaart.nl/?s_page_id=68&pid=1&scat=49

4. U kunt de houder van de begraafplaats berichten dat u geen reden ziet om dergelijke kosten te betalen. Daarbij kunt u eventueel verwijzen naar uw vraag en mijn antwoord.

Met vriendelijke groet,

mr W.G.H.M. van der Putten

Stel een vraag:

Op dit moment is het stellen van nieuwe vragen tijdelijk niet mogelijk.

Heeft u op dit moment een
uitvaartondernemer nodig?

Bel nu: 088 605 1219
Dag en nacht bereikbaar



Nee, ga verder >