Een flink aantal jaar geleden heeft u ons enorm goed geholpen met een een prive-kwestie rondom de asbestemming van jong overleden zus.
Nu hebben we een zaak aan de hand die weliswaar letterlijk dicht bij huis ligt, maar gelukkig iets minder dicht bij ons hart en we wenden ons daarom graag weer tot u voor advies.
Het gaat om het volgende.
Mijn moeder woont direct achter een Protestante kerk (oorspronkelijk Hervormd). Deze is in 1884 in gebruik genomen en is sinds 1989 een rijksmonument. In 1924 is hier een gebouwtje bij- en later aangebouwd. Dit gebouwtje is geen rijksmonument, en heeft in de loop der jaren verschillende functies gehad. Het begon als een schooltje, en is momenteel een gemeenschapsruimte waar sociale activiteiten plaatsvinden die vanuit de kerk georganiseerd worden en welke ook gehuurd kan worden voor bijeenkomsten.
De kerk is oorspronkelijk op privegrond gebouwd op initiatief van en gefinancierd door de eigenaren van die grond.
Direct naast de kerk is een grafkelder waar in 1889 de stichtster en haar broer zijn herbegraven (ze overleden beiden voor de oplevering van de kerk). Hier liggen ook grafstenen. In haar testament heeft deze mevrouw de kerkvoogden fl. 300,- nagelaten, om uit de rente hiervan de grafkelder te onderhouden.
Volgens het vigerende bestemmingsplan mag alleen op het bouwvlak van de kerk zelf en het bijgebouwtje gebouwd worden. Alleen ter plaatse van het bijgebouw mag nog de hoogte in worden gebouwd.
Het kadastrale perceel waarop de kerk en het bijgebouw staan, is ongedeeld en heeft de bestemming “maatschappelijk”.
Volgens de informatie in het kadaster lijkt zowel de kerk als het perceel eigendom te zijn van de Protestantse Gemeente.
Een stichting die is opgericht om het bijgebouw te exploiteren/vernieuwen heeft het plan opgevat om het gebouwtje uit te breiden (en daarmee ook de activiteiten die hierin plaats kunnen vinden). Hierbij wil men het bouwvlak fors vergroten.
De stichting is voornemens haar plannen door te zetten, ook al betreft de kerk een rijksmonument, dit niet is toegestaan onder het huidige bestemmingsplan, en een deel van de omliggende (directe) buren hier op tegen is.
Wij zijn van mening dat dit gehele perceel een begraafplaats betreft, aangezien hier een grafkelder gelegen is met menselijke resten. Niet onbelangrijk vanuit moreel oogpunt: de graven van de 2 stichters en financiers van de kerk. En dat hier derhalve niet op gebouwd mag worden.
Wij zijn ook van mening dat het een omissie is dat hier in 1924 een bijgebouw geplaatst is, vanwege de reeds bestaande grafkelder. We zouden het perceel graag in een nieuw bestemmingsplan laten oormerken als begraafplaats, waarmee toekomstige bouwplannen kunnen worden afgewend. Overigens hoeft van ons het bestaande bijgebouw niet weg.
Wat is uw visie hier op?
met vriendelijke groet,
Gerda Langenberg
Antwoord:
Geachte mevrouw,
Ik kan de situatie feitelijk niet goed beoordelen.
Ik kan alleen enkele algemene opmerkingen maken.
Dat zich op een perceel een keldergraf bevindt, is geen reden om het gehele perceel als begraafplaats aan te duiden. Misschien is dat zelfs niet nodig voor de paar vierkante meter waar zich het graf bevindt. De grenzen van een perceel hoeven niet samen te vallen met een bestemming van een deel van het perceel.
Mij is niet duidelijk welke bestemming of aanduiding de grond van de grafkelder nu heeft. Dat de kelder formeel niet op de begraafplaats ligt, zou kunnen, met een grafkelder op van oorsprong particuliere grond. De kelder is van 1889, schrijft u. De wetgeving inzake ruimtelijke ordening en bestemmingsplannen is van 1964. Dus in 1889 was er geen bestemmingsplan zoals we dat tegenwoordig kennen. Misschien heeft men de percelen later een algemene bestemming gegeven. Maar eigenlijk is dat helemaal niet van belang, op dit moment. Want als er een goede reden voor is, kan elk bestemmingsplan veranderd worden.
U bent tegenstander van de uitbreiding van het bijgebouw. Het enige dat u en medestanders zouden kunnen bewerkstelligen, is dat een wijziging van het bestemmingsplan in die zin dat het bouwvlak vergroot wordt, wordt tegengehouden. Dan blijft de grond de huidige bestemming houden.
Men kan als derde partij niet het perceel van iemand anders de bestemming begraafplaats laten geven. Of een andere nieuwe bestemming die de eigenaar niet wenst.
Anders gezegd: als de bestemming van een terrein nu A is, en de eigenaar wenst dat het B wordt, kunnen buren en andere derden niet bewerkstelligen dat het C wordt.
TIP
Laat nabestaanden niet onnodig zoeken naar oude polissen. Registreer of u een uitvaartverzekering hebt op Uitvaartverzekeringsregister.nl
Ook verstandig om in te vullen als u GEEN verzekering hebt.
Spelregels
