Overlijden en gemeenschappelijk bezit of schulden
Wanneer er sprake is van gemeenschappelijk bezit of een gemeenschappelijke schuld moet bij overlijden rekening gehouden worden dat deze juist worden gewaardeerd en toegedeeld.
In welke gevallen hebben we te maken met gemeenschappelijk bezit?
Doorgaans in de volgende situaties kan sprake zijn van gemeenschappelijk bezit:
- Gehuwden, geregistreerd partners of samenwoners
- Ondernemers (Vennootschap onder Firma, B.V.)
- Gezamenlijke bankrekeningen (en/of)
Gehuwden en geregistreerd partners
In de meeste gevallen zal bij deze groep sprake zijn van een gemeenschappelijk vermogen en schulden. Welk deel van het totaal, gemeenschappelijk is en welk deel privé wordt bepaald aan de hand van de volgende zaken:
- De datum waarop het huwelijk is aangegaan (voor of na 1 januari 2018)
- Eventueel opgemaakte huwelijksvoorwaarden
- Iets dat verkregen is onder een uitsluitingsclausule
- Iets dat verkregen is onder een insluitingsclausule
- De administratie die tijdens het huwelijk is bijgehouden
- Onder welk recht het huwelijk is gesloten (Door globalisering zijn veel internationale huwelijken ontstaan, de vraag is onder welk recht het huwelijk is gesloten. Echter, dit is zo specifiek dat we hier niet op internationaal erf- en huwelijksvermogensrecht ingaan)
Gehuwd voor 1-1-2018*
Indien er geen Huwelijksvoorwaarden zijn opgemaakt:
- Algemene Gemeenschap van goederen
- Alle bezittingen en schulden voor en na trouwdatum worden gemeenschappelijk
- Goederen die verkregen zijn krachtens erfrecht of schenking waarbij erflater of schenker heeft bepaald dat die goederen te allen tijde privé zullen blijven, ook al huwt de begiftigde of erfgenaam in gemeenschap van goederen. (Uitsluitingsclausule)
- Schenkingen en erfenissen van na 1-1-2018 vallen NIET in de gemeenschap. Wenst de schenker of erflater dat deze WEL in de gemeenschap valt dan moet dat bepaald worden bij de schenking of in het testament. (insluitingsclausule)
Gehuwd na 1-1-2018*
- Vanaf de trouwdatum ontstaat een gemeenschap van goederen, d.w.z. dat vanaf dat moment gezamenlijk bezit en schuld wordt opgebouwd.
- Bezittingen en schulden die al bestonden voor de trouwdatum blijven persoonlijk.
- Alles dat voor het trouwen al gemeenschappelijk was (bijvoorbeeld de en/of rekening, de woning en de hypotheek) blijven gemeenschappelijk.
- Hetgeen dat krachtens erfrecht of schenking is verkregen is privé, als de schenker of erflater dit niet wenst moet hij dit bepalen bij de schenking of bij testament. (insluitingsclausule)
- Men kan afwijken van de wet door het opstellen van huwelijksvoorwaarden.
*Geldt ook voor geregistreerd partners
Samenwoners
Samenwoners hebben niet vanuit de wet gemeenschappelijk bezit, maar dit kan wel ontstaan door de koop van een woning, het aangaan van een schuld of het voeren van de gezamenlijke huishouding. Juist voor samenwoners is het belangrijk alles goed te regelen voor elkaar omdat de wetgeving daar niet afdoende in voorziet. Zo hebben samenwoners wel recht op de partnervrijstelling na overlijden van hun partner, maar moeten zij daarvoor wel voldoen aan een aantal voorwaarden. Daarom is het van belang dat zij:
- Ingeschreven staan op hetzelfde adres
- Een samenlevingsovereenkomst opstellen bij notariële akte.
- Een testament opmaken waarin zij elkaar als erfgenaam aanwijzen. (doen ze dat niet, dan erven ze niet van elkaar)
BELANGRIJK
In alle situaties waar er zowel privébezit- of schuld en gemeenschappelijk bezit aanwezig is, is het raadzaam een administratie te voeren. Deze administratie kan jaarlijks worden bijgehouden, bijvoorbeeld door een overzicht te maken van de gemeenschappelijke en privé bezittingen en deze beiden te ondertekenen en te bewaren bij uw administratie. Het is hierbij vooral van belang dat in geval van een relatiebreuk of een overlijden duidelijk is wat privé is en wat gemeenschappelijk.
Print deze pagina