Sinds 1 juli 2020 is de donorwet veranderd. Elke Nederlander komt vanaf zijn 18e in het Donorregister te staan. Je mag uiteraard zelf aangeven of je na overlijden organen en/of weefsels wilt doneren aan mensen die deze nodig hebben. Wanneer jezelf niets invult in het Donorregister word je aangemeld als; ‘Geen bezwaar tegen orgaandonatie’.
Als je bij leven geen keuze hebt gemaakt en dus bent aangemerkt als ‘geen bezwaar tegen orgaandonatie’, dan kunnen jouw organen na overlijden worden gedoneerd. Dit zal overigens alleen gebeuren na goedkeuring van je nabestaanden. Willen je nabestaanden niet dat je organen en/of weefsels worden gedoneerd, dan moeten ze de arts kunnen uitleggen dat jij geen donor wilde worden.
Het kan voor je nabestaanden heel moeilijk zijn om na jouw overlijden plotseling een keuze te moeten maken of je wel of geen donor wilde zijn. Het is daarom altijd verstandig om het Donorregister zelf in te vullen (inloggen kan met je DigiD). Dan kan je zelf aangeven wat jouw keuze is. Praat met je dierbare over jouw keuze, ook als je het Donorregister hebt ingevuld. Op die manier weten je nabestaanden wat jouw wensen zijn en vallen ze niet in onzekerheid of ze na jouw overlijden wel de juiste keuze hebben gemaakt.
In het Donorregister kan je kiezen uit de volgende vier mogelijkheden:
Kijk voor meer informatie op de website van de Rijksoverheid. Je kan ook bellen met de Donorinformatielijn: 0900 - 821 21 66 (op werkdagen van 08.30 tot 19.00 uur).
Bij orgaan- of weefseldonatie wordt alleen het orgaan of het weefsel uit het lichaam genomen dat gebruikt wordt voor transplantatie. Nadat deze zijn uitgenomen krijgen de nabestaanden de rest van het lichaam weer terug zodat de nabestaanden de overledene kunnen cremeren of begraven. Bij lichaamsdonatie heeft de overledene bij leven toestemming gegeven om het hele lichaam na overlijden af te staan aan de medische wetenschap. De nabestaanden krijgen het lichaam van hun dierbare nooit meer terug en kunnen de overledene dus ook niet laten begraven of cremeren.