Kerhof dat er zo vies uitziet kan toch niet?

7 september 2002

Vraag nummer: 1057  (oude nummer: 1392)

Wed Apr 19 02:23:09 2000

Waarom hebje van die kerhofs die niet netjes bij worden gehouden. Daar betaal je toch voor of hoe zit dat?.
Als ik op de ene helft kijk zie ik alles netjes bijgehouden van de christelijke kant. En mensen die aan de andere kant liggen die geen geloof hebben loop niet eens een fatsoenlijke pad naartoe. Je moet gewoon over het zand lopen. Terwijl daarnaast aan de andere kant netjes een grintpad ligt. Het is toch een raar gedachte dat je over een andere lijk loop die daar jaren geleden is begraven. Kunnen ze toch ook bij mensen doen die geen geloof hebben. Net zo netjes doen als aan de christelijke kant van het kerhof.
Ik heb echt zo gevoel als ik naar me moeder ga van gatver dat ik haar hier begraven heb zeg word niet eens onderhouden. Terwijl het op andere begraafplaatsen netjes is alles er goed uit ziet. En op deze kerhof weer niet. Maar als je dan vraag van waarom is dat bij ons niet zo dan zeggen ze van ja daar wonen geen mensen die het netjes houden. Wie moet dat normaal bijhouden? Dat kan je toch niet als kerkhof zijnde of wel?

Antwoord:

Wed Apr 19 14:18:13 2000

Geachte heer of mevrouw,

Ik kan het alleen maar met u eens zijn. Ik vind ook dat het niet kan, niet zou moeten kunnen althans, dat een kerkhof er zo onverzorgd uit ziet.

Maar het is veelal een kwestie van geld. Sommige kerk(hof)besturen vinden het belangrijker om de tarieven laag te houden, dan om ze wat hoger te maken en geld uit te trekken voor paden, groenonderhoud of het opnieuw laten stellen van weggezakte stenen e.d. Persoonlijk vind ik dat een slechte keuze.

Ik maak van de gelegenheid gebruik om op te merken dat als men iemand ergens wil laten begraven, het verstandig is om altijd eerst eens te gaan kijken. Als je van tevoren weet dat jouw vader of moeder ergens komt te liggen, waar je je zo moet ergeren, kun je beter naar een andere begraafplaats gaan. Er zijn er genoeg die wel goed worden onderhouden.

mr W.G.H.M. van der Putten

19 april 2000