De navolgende situatie doet zich voor: Overledene (mijn moeder) is begraven in een algemeen graf. De 10-jarige termijn voor grafrust loopt dit jaar af.
Wij (mijn 2 broers en ik) zijn het eens met een crematie van de stoffelijke resten na ruimen van het graf. Hier is echter toestemming nodig van belanghebbende.
Een gegeven is dat 1 van mijn broers onenigheid heeft met mijn vader.
In hoeverre kan dit voor problemen zorgen bij het plan tot cremeren van de stoffelijke resten?
Wie wordt als belanghebbende gezien? Zijn wij dat allemaal als directe familie zijnde of is mijn vader de enige belanghebbende?
Antwoord:
Geachte heer,
Ik kan deze vraag alleen goed beantwoorden als ik weet om welke begraafplaats het gaat. Want de term 'belanghebbende' kan verschillende dingen betekenen. Dat staat in de beheersverordening of het beheersreglement van de betreffende begraafplaats. Maar dan moet je wel weten om welke begraafplaats het gaat.
Voor het opgraven en cremeren van een overledene is een vergunning van de burgemeester nodig. Ook na 10 jaar grafrust. Gewoonlijk wordt zo'n vergunning altijd afgegeven, want anders wordt het graf geruimd en 'verdwijnen' de stoffelijke resten in een anoniem verzamelgraf. Dat iemand dan graag wil laten cremeren en iets met de as wil doen, heeft dan altijd voorrang.
Als de 10 jaar grafrust voorbij zijn, kan het zo zijn dat de positie van de 'speciale' belanghebbende die enige zeggenschap heeft over het graf, ophoudt. Dan wordt die belanghebbende een 'gewone' belanghebbende. Onder 'gewone' belanghebbenden vallen bijvoorbeeld alle kinderen en broers en zussen en ouders van een overledene.
U kunt het beste de vergunning voor de opgraving en crematie kort voor het aflopen van de termijn aanvragen en dat laten doen door een kind dat dat onenigheid met uw vader heeft, zodat de aanvraag misschien niet als een provocatie wordt opgevat. De kinderen hoeven de vergunning niet samen aan te vragen. De aanvrager kan wel stellen dat de andere kinderen het er mee eens zijn.
Als de burgemeester een vergunning afgeeft, kan uw vader (of een andere belanghebbende) daar een bezwaarschrift tegen indienen. Maar zo'n bezwaarschrift is in zo'n situatie dat de termijn van grafrust afloopt, niet kansrijk. Eerder kansloos. Het enige argument bij zo'n bezwaar dat kans maakt, is dat uw moeder beslist niet gecremeerd wilde worden. Maar daar moet dan bewijs voor worden aangedragen, zoals een testament of codicil. Dat zal er hoogstwaarschijnlijk niet zijn.