BDE’s nader onderzocht

Er liever niet over praten, uit angst om voor ‘gek’ versleten te worden. Erna een persoonlijkheidsverandering hebben doorgemaakt, en daardoor niet altijd meer begrepen worden door de naaste omgeving. In sommige gevallen zelfs een echtscheiding doormaken. Dit is het lot van veel mensen die een bijna-doodervaring (BDE) meemaakten.

Hoewel enkele decennia geleden het onderwerp BDE’s uitgebreid in de media aan de orde kwam, is het de laatste tijd erg stil rond dit thema. Wat uiteraard niet wil zeggen dat BDE’s zich niet meer voor zouden doen. BDE’s zijn van alle tijden en beperken zich niet tot een bepaalde geografische plek of cultuur. De Britse arts en wetenschapper Sam Parnia doet in zijn onlangs verschenen boek: Wat gebeurt er als we sterven ¹ uitgebreid verslag van de onderzoeksresultaten tot nu toe en van zijn uitgebreide onderzoek naar BDE’s dat binnenkort van start gaat.

Wat is nu eigenlijk een BDE? De stichting Merkawah², die zich in Nederland bezighoudt met BDE’s omschrijft deze als volgt : een geheel van indrukken tijdens een bijzondere bewustzijnstoestand die het gevolg is van een periode van klinisch dood zijn, een ernstige ziekte, een bijna fatale situatie of een stervensproces. Een BDE kan echter ook voorkomen bij hoge stress of diepe meditatie, of zelfs heel spontaan zonder enige aanleiding. De ervaring bevat diverse elementen die per geval kunnen verschillen, zoals het besef dood te zijn, uit het lichaam getreden te zijn, en zelfs het waarnemen wat hulpverleners met het lichaam doen. Ook het gevoel van vrede en rust, het waarnemen van een tunnel, licht, lichtgestalten en geliefden die reeds zijn overleden kunnen tot de kenmerken behoren. Een overzicht van het geleefde leven komt eveneens vaak voor. Onderzoek wijst uit dat ca. 4% van de bevolking een BDE meemaakte, wat in Nederland op zo’n 600.000 ervaringsdeskundigen neer zou komen. Ook in mijn persoonlijke omgeving zijn diverse mensen die een BDE meemaakten. Nog niet zo lang geleden nog vertelde een nabestaande mij over de begrafenis van zijn moeder. Zijn broer was vlak ervoor met een acute blinde darmontsteking in het ziekenhuis opgenomen en werd op het moment van de begrafenis geopereerd. ’s Avonds bracht de man een bezoek aan zijn broer in het ziekenhuis om hem verslag uit te brengen van de begrafenis. Hij wilde zijn broer vertellen wie er allemaal geweest waren. Maar dat hoefde niet, de zojuist geopereerde broer onderbrak hem meteen en vertelde exact wie er allemaal aanwezig waren geweest. Het lijkt er alles op dat hij tijdens de operatie buiten zijn lichaam was getreden en de begrafenis heeft kunnen waarnemen.

Wat precies de oorzaak is van een BDE is nog steeds een raadsel. Maar de theorie dat het om hallucinaties gaat, of dat er een psychologische verklaring zou zijn weerlegt Parnia in zijn boek. Bijvoorbeeld omdat veel BDE’s vlak voor een ongeluk plaatsvinden, en omdat BDE’s ook bij jonge kinderen voorkomen. Kinderen die geen idee van de dood of een leven na de dood hebben. Daarnaast is er nog het argument dat veel mensen tijdens een BDE in staat zijn dingen op afstand te zien, op plaatsen waar zij niets over konden weten.

In zijn boek beschrijft Parnia de lange weg die hij ging om een verder uitgebreid onderzoek te financieren. De farmaceutische industrie blijkt totaal geen interesse te hebben. Wat is er immers voor hen aan de uitkomsten te verdienen? Het is aan Parnia’s doorzettingsvermogen te danken dat er binnenkort in Groot-Brittannië een grootschalig onderzoek van start kan gaan. Hij is ervan overtuigd dat het verschijnsel wetenschappelijk bestudeerd kan worden. Hij onderzoekt onder andere de uittredingservaring die sommige patiënten bij een hartstilstand meemaken. In verschillende ziekenhuiskamers heeft hij op strategische plekken, alleen zichtbaar voor mensen die uit hun lichaam treden, symbolen gehangen. In interviews na reanimatie kan hij vervolgens checken of de patiënt een of meer symbolen herkent. Zo wil hij objectieve wijze bewijzen verzamelen, waarbij hij ook gebruik kan maken van de medische gegevens tijdens de hartstilstand. Parnia heeft inmiddels het vermoeden dat geest en bewustzijn los van de hersenen kunnen functioneren, ook tijdens en tenminste enige tijd na het sterven. Wanneer dit inderdaad wetenschappelijk kan worden vastgesteld, zou dit volgens Parnia steun verlenen aan het theologische en filosofische idee van een ‘hiernamaals’. Het eeuwenoude concept van de ‘ziel’ zou dan hetzelfde zijn als wat wetenschappers nu ‘bewustzijn’ noemen.¹ Wie weet, kunnen de conclusies uit Parnia’s komende onderzoek ook de velen onder ons die een BDE meemaakten tot steun zijn. Al is het alleen maar om de erkenning die zij voor hetgeen zij ervoeren krijgen en omdat hun ervaring dan meer bespreekbaar zal zijn.

¹Sam Parnia: Wat gebeurt er als we sterven. Een wetenschappelijk onderzoek naar bijna-doodervaringen. Uitgeverij Kosmos-Z&K Uitgevers, Utrecht 2006. ISBN 9021543192

²www.merkawah.nl


Deze column is eerder verschenen in het vakblad Het Uitvaartwezen.

Heeft u op dit moment een
uitvaartondernemer nodig?

Bel nu: 088 605 1219
Dag en nacht bereikbaar



Nee, ga verder >