Mr Willem van der Putten

Mr Willem van der Putten Spelregels
Over Mr Willem van der Putten
Facultatieve
Sponsors

WOL op wie kunnen kosten verhaald worden?


20 november 2008

Vraag nummer: 5892  (oude nummer: 11764)

Geachte heer Van der Putten,

Wij hebben een overlede die vermoedelijk begraven zal worden in opdracht van de burgemeerster.
Deze overlede leeft samen met een partner, maar zonder huwelijk of geregistreerd partnerschap, (niet bekend of er een samenlevingscontract is)
De overledene heeft 2 ouders nog in leven, 2 minderjarige kinderen en 2 ex-partners (gehuwd en gescheiden).
Op dit moment wil niemand van deze familieleden de opdracht tot begraven doen.

Op welke van deze personen kunnen wij de kosten van de begrafenis verhalen en indien dit meerdere personen zijn, wie is dan als eerste verantwoordelijk.

Een spoedig antwoord stel ik zeer op prijs.

Met vriendelijke groet,

XX
gemeente Y

Antwoord:

Geachte mevrouw,

Mijn eerste advies in dit soort zaken is om vooral niet al te snel te handelen als gemeente. Laat de nabestaanden het eerst maar eens een weekje onderling uitzoeken. In 90% van de gevallen zorgt men toch zelf voor een oplossing. Het is (te) gemakkelijk om naar de gemeente te gaan. Er is geen reden om grote haast te betrachten.
U hoeft zich niet te houden aan de termijn van lijkbezorging in de Wet op de lijkbezorging (die gewoonlijk wordt afgekort als Wlb en niet als WOL); dat is primair de verantwoordelijkheid van de nabestaanden.

De Wlb geeft in artikel 22 aan op wie of wat de kosten verhaald kunnen worden. Dat kan in eerste instantie op de nalatenschap van de overledene. Als de overledene samenwoonde met iemand, mag worden aangenomen dat de helft van de inboedel van de overledene was. Die kan de gemeente onder zich nemen en verkopen om de kosten te dekken. Misschien was wel de hele inboedel van de overledene. Dan zou de gemeente de hele inboedel onder zich kunnen nemen en verkopen; idem bijvoorbeeld een auto of een boot.

Het ligt voor de hand dat in eerste instantie de levenspartner van een overledene de kosten van de uitvaart op zich neemt. Als die dat niet wil of kan, heeft die een probleem.
Ik zou als gemeente in eerste instantie aanspraak maken op de hele inboedel; dan kan de levenspartner aan de hand van bonnen aantonen dat hij/zij de eigenaar is en niet de overledene. Als de levenspartner zijn of haar eigendom van goederen niet kan aantonen, zou ik maar aannemen dat ze van de overledene waren.

Als de inboedel de kosten niet dekt, kunnen de kosten verhaald worden op de erfgenamen. Dat staat niet duidelijk afzonderlijk genoemd in artikel 22 Wlb, maar dat is algemeen geldend recht. Men kan de kosten verhalen op de nalatenschap, maar de nalatenschap is van de erfgenamen. Ook schulden in de nalatenschap - en de kosten van de uitvaart zijn zo'n schuld - komen voor rekening van de erfgenamen. U weet niet en kunt niet nagaan wie alle erfgenamen zijn. Het kan in theorie zijn dat de overledene een testament heeft en dat de levenspartner erfgenaam is (dat heeft niets te maken met wel of geen samenlevingsovereenkomst hebben), of dat derden (ook) erfgenaam zijn. Nu hebben de meeste mensen zonder eigen vermogen ook geen testament, maar uitgesloten is het niet. U kunt dat niet nagaan, want u hebt geen inzage in een testament, als dat zou bestaan. Maar het is wel zeker dat de kinderen erfgenamen zijn; dat zijn zij per definitie. Dat de kinderen minderjarig zijn, doet er niet toe. In theorie kunnen ook minderjarige kinderen een eigen vermogen hebben en daar de kosten uit voldoen. De kans dat zij eigen vermogen hebben en die kosten kunnen dragen, is klein. Maar het is aan (de wettelijk vertegenwoordiger van) de kinderen om aan te tonen dat zij geen vermogen hebben. U hoeft het niet zonder meer aan te nemen. U moet per slot proberen om de kosten te verhalen, dat is uw taak ten opzichte van de gemeenschap en belastingbetaler. U moet niet bij voorbaat aannemen dat er niets te halen valt en alles cadeau doen. De wetgever heeft er voor gekozen om niet de gemeenschap en belastingbetaler voor de kosten op te laten draaien, maar de directe nabestaanden van een overledene.

U kunt daar de nabestaanden op wijzen, voordat de gemeente het regelen en betalen van de uitvaart ter hand neemt. Men moet weten dan niet meteen van het probleem af te zijn. Het zelf een oplossing zoeken is vaak gunstiger voor alle partijen.

De kosten zijn niet te verhalen op de levenspartner waar de overledene mee samenwoonde. U moet goed het onderscheid zien tussen de inboedelgoederen van de overledene, waar u wel recht op hebt, en de bankrekening van de levenspartner, waar u geen recht op hebt. De levenspartner wordt niet genoemd in de artikelen 392-396 van Boek I van het Burgerlijk Wetboek.

Een voormalige echtgenoot of echtgenote is alleen aanspreekbaar als deze nog alimentatie moest betalen aan de overledene. Dat is waarschijnlijk niet het geval. Dan valt deze categorie af.

De ouders van de overledene zijn ook niet aanspreekbaar. De overledene zal meerderjarig geweest zijn zodat de ouders niet meer verplicht waren tot levensonderhoud van de overledene.

De kinderen van de overledene zijn in dit geval niet aanspreekbaar omdat zij als minderjarigen niet verantwoordelijk waren voor de kosten van levensonderhoud van hun vader of moeder. Maar zij zijn wel aanspreekbaar als erfgenamen.

De volgorde van verhaal van kosten is in dit geval dus eerst de inboedel van de overledene en dan de kinderen. Als daar weinig of niets te halen valt, blijven de resterende kosten voor rekening van de gemeente.

Met vriendelijke groet,

mr W.G.H.M. van der Putten

Stel een vraag:

Op dit moment is het stellen van nieuwe vragen tijdelijk niet mogelijk.

Heeft u op dit moment een
uitvaartondernemer nodig?

Bel nu: 088 605 1219
Dag en nacht bereikbaar



Nee, ga verder >