DOODGEWOON informeert en amuseert over zaken rond de dood - sinds 1994
Verschenen: 11-06-2002
BERICHT AAN DE TOEKOMST

‘Vreemdsoortige organisaties op uitvaartgebied, kunt u daar niet eens aandacht aan besteden?', vraagt een bezoeker aan dood.nl. En hij vervolgt: ‘Ik denk dan aan organisaties als EON Generations, Elisabeth Kübler Ross Stichting en het Netwerk Uitvaartvernieuwers.' Nu spreekt deze lezer voor wat de laatste twee organisaties betreft voor zich zelf als hij ze ‘vreemdsoortig' noemt, maar Eon Generations daarentegen valt wat ons betreft niet alleen onder de noemer ‘vreemdsoortig', maar ook onder de noemer ‘onduidelijk' en misschien zelfs wel ‘onzinnig'.

Wat doet EON Generations precies? ‘De EON-organisatie bewaart en beheert de persoonlijke levensverhalen en het daarbij behorende monument gedurende vele generaties,' staat op de eigen website te lezen.

EON bouwt aan een herdenkingspiramide in het Apeldoornse natuurpark Berg en Bos. Voor 4260 euro krijg je een granieten gedenksteen van een meter bij een meter, 1500 kilo zwaar, waarin een plastic capsule zit waarin een voorwerp kan worden gestopt dat aan de overledene doet denken. Daarnaast krijg je ook nog 'onbeperkt' de ruimte op de site www.eongenerations.nl waar het levensverhaal van en herinneringen aan de overledene kunnen worden vastgelegd.

Maar wat en wie is Eon nu precies? Is het initiatief ideëel of commercieel? Wie zitten er achter? Daar is de website zeer onduidelijk over. Er wordt melding gemaakt van een bedrijf, een stichting, een fonds, een toezicht en een vereniging, zonder dat er één naam genoemd wordt. Als telefoonnummer wordt alleen maar een 0900-nummer gegeven, dat 70 eurocent per minuut kost, en wordt opgenomen door een telefoniste die zegt ‘Een ogenblikje alstublieft'. (We wachten overigens nog op een telefoontje van de woordvoerder die ons meer kan vertellen.) Dan maar het monument bezoeken, per webcam. Helaas dat gaat niet, omdat ‘door graafwerkzaamheden de verbinding met de camera enkele dagen niet mogelijk is.' De archieven dan maar, waarin de levensverhalen staan? Weer pech. ‘Er zijn op dit moment uitsluitend levensverhalen in het besloten archief aanwezig. In het toegankelijke archief bevinden zich slechts nog biografieën onder embargo.'

Sinds september 2000, toen het initiatief begon, zijn er 30 stenen geplaatst. Dat lijkt niet echt storm te lopen. Op de site worden enkele deelnemers geciteerd naar aanleiding van de vraag waarom ze meedoen:

‘Mijn vader is onlangs overleden. Nu schrijf ik aan zijn biografie. Het is geen lang stuk. Maar alles wat voor hem belangrijk was, staat er in. Als mijn kleinkinderen naar school gaan, kunnen ze met hem kennismaken. Via de website van EON. Het monument zal hen aan hem herinneren. Dat geldt ook voor hun kleinkinderen.'

‘Straks wordt mijn eerste kindje geboren. Anders dan ik zal het zijn ouders wel kennen. En ik heb er voor gezorgd dat zijn kinderen hun ouders en grootouders ook zullen kennen. Door EON blijft de link met de toekomst altijd bewaard.'

Het is niet helemaal duidelijk waarom de kennismaking met opa en oma via een dure website moet verlopen. (Zeker niet als die inzending ook nog eens besloten is.) Waarom het niet gewoon opschrijven en zelf, al of niet digitaal, doorgeven als erfenis aan volgende generaties?

Toevoeging 14 juni:
Ed Harmsen, initiatiefnemer van EON Generations laat weten niet blij te zijn met het stukje ‘Bericht aan de toekomst' dat hier rechts op de pagina in de rode kolom staat. "Het is een tendentieus stukje. Met het begin wordt al meteen de toon gezet: ‘Vreemdsoortige organisaties op uitvaartgebied, kunt u daar niet eens aandacht aan besteden?' Nog los van het woord vreemdsoortig, wij zijn geen uitvaartorganisatie en willen dan ook niet met het fenomeen uitvaart geassocieerd worden. Mensen kunnen bij ons hun levensverhaal voor de toekomst vastleggen."

"En dan de woordkeuze: ‘een plastic capsule waarin een voorwerp kan worden gestopt dat aan de overledene doet denken'. En wat het telefoonnummer betreft, het 0900-nummer, wij zijn nog in de opstartfase en willen dan niet al die dure telefoontjes krijgen van mensen met vragen waarvan de antwoorden op de website staan. We maken nu nog gebruik van een callcenter. Mensen kunnen ook per mail vragen stellen en krijgen dan snel antwoord."
(Anja Krabben)
Terug naar archief...