DOODGEWOON informeert en amuseert over zaken rond de dood - sinds 1994
Verschenen: 06-09-2001
RECEPT VOOR EEN DODENBROOD

60 gram gerstemeel
60 gram volkorenmeel
60 gram boekweitmeel
180 gram havermeel
1 theelepel zout
½ beker karweizaad
1 zakje droge gist
2 bekers warme geitenmelk
2 eetlepels gedroogde zeewier
1 beker geweekte rozijnen

Los de gist op in een beetje warme geitenmelk. Voeg dit toe aan het mengsel van de verschillende meelsoorten, de zeealg, het zout en de rozijnen. Kneed dit met de melk tot een samenhangend geheel. Plaats het deeg in een kom, bedek het met een doek en laat het rijzen (bij een temperatuur van 24 graden) tot dubbele omvang. Sla dan het deeg terug en vorm het tot een ronde broodvorm. Bestrooi dit met karweizaad. Kruis het brood zodanig in dat er twaalf segmenten ontstaan. Bak het bij 200 graden gaar.

Offer- of dodenbroden werden bij de Germanen en de Kelten gegeten aan het begin van het feest van het oude en het nieuwe jaar. Deze feestperiode begon meteen na de oogsttijd, 29 september, en duurde tot 6 januari. Het feest was onderverdeeld in een donkere en een lichte periode. Tijdens de donkere periode, die tot 21 december duurde, werden de doden herdacht. Deze verlieten, zo meende men, onder aanvoering van Odin en Wodan het dodenrijk om de levenden met een bezoek te vereren. Voor hen werden speciale broden en broodjes bereid.

Het recept voor dit dodenbrood is van maaltijdkunstenaar Henri Roquas en Yvonne Trapp.

Terug naar archief...