DOODGEWOON informeert en amuseert over zaken rond de dood - sinds 1994
Verschenen: 01-03-2007
WEBLOG VAN MARIELLE VAN HETEREN-VERKERK 3

Pippi Langkous

Zoals meestal het geval is na mijn nachtdienst, voel ik me alsof ik achterstevoren, of is het ondersteboven, in mijn lichaam zit.


Terwijl ik gisteren, wat voor mij nog voelt als vandaag, met stilletjes de hoop op een paar uurtjes slaap, mijn slaapzak en hoofdkussen op de bank in ons kantoortje gooide, hielp mijn collega mij direct uit de droom: “Leg dat maar weer weg want je kunt gelijk aan de slag!”

Nog enigszins fit begin ik aan mijn eerste melding. Het sprookje dat, als er obductie op de overledene is, ik er als verzorgster ‘niet veel’ aan hoef te doen, geloof ik allang niet meer. Een zware stoppelbaard op een gezicht met groeven en nagels die zo te zien al enige tijd niet meer schoongemaakt zijn, kosten me al een half uur. De man van ‘75 kilo’, geschat door iemand met een positieve kijk, ik schat de beste man op 90 kilo, ligt in foetushouding op een deken en twee lakens en is enigszins naar de onderkant van het bed geschoven. Hoewel ik er, volgens mijn vier grote broers in wiens ogen ik altijd het kleine zusje blijf, uitzie alsof ik bij een windvlaag bij mijn enkels af zal breken, heb ik gelukkig geleerd hoe ik op een handige manier overledenen kan verplaatsen in het bed. Met een glijzeil en de juiste draaifoefjes red ik me aardig.

De volgende melding wacht al op me in een ander ziekenhuis en een half uur later ben ik ter plaatse. De verpleegster is zeer geïnteresseerd in mijn werk en vraagt me belangstellend wat ik allemaal met haar patiënt ga doen. Ik nodig haar uit mee te lopen naar het mortuarium en samen gaan we met de overledene naar beneden. Ik vertel graag over mijn werk en vind het fijn als mensen serieus geïnteresseerd zijn. Ik geef haar mijn telefoonnummer en we spreken af dat ze contact op zal nemen als ze een keer een dienst met mij mee wil lopen.

De overledene heeft een aantal verse operatiewonden die gehecht moeten worden en al snel sta ik, die nooit tegen het zien van bloed kon, de wonden te hechten en zorgvuldig af te plakken. Ergens in mijn schortzak begint de telefoon te trillen en het melodietje schettert opeens door de stilte van het mortuarium. Overleg, want er zijn nog twee meldingen binnen gekomen. Ik voel een golf van vermoeidheid over me heen komen en mijn ingepakte slaapzak en mijn hoofdkussen met Pippi Langkous erop komen even in beeld.

We bespreken de te verwachten tijdsduur, die ik stelselmatig weiger te geven omdat ik al te vaak heb meegemaakt dat dit me duur komt te staan. Onverwachte verrassingen als een verborgen lekkende wond, een golf met braaksel of bijvoorbeeld haar dat er uit lijkt te zien als een kapsel maar aan de onderkant van het hoofd een vogelnestje blijkt te zijn, hebben me geleerd voorzichtig te zijn met dergelijke uitspraken. Stijfkoppig hou ik vast aan de uitspraak: De tijd die ik er voor nodig heb.

Op weg naar melding nummer drie krijg ik de inzinking die zich meestal zo halverwege de nacht aandient. De verpleger houdt een opgewekt praatje en behoedt me, zonder dat hij het weet, voor verder instortingsgevaar. Meldingen van deze afdeling brengen bijna altijd veel werk met zich mee maar deze keer is er weinig verzorging nodig.

Als ik me even later afmeld en de volgende melding aanneem is de nacht al voor driekwart voorbij. Ik geef aan dat ik, na het ophalen van de volgende overledene van de afdeling, eerst een pauze ga houden.

Na een rit van een half uur arriveer ik in het ziekenhuis waar onze standplaats is en een kwartier later plof ik vermoeid op een stoel. Pippi grijnst vrolijk naar me vanaf mijn hoofdkussen en verlangend kijk ik naar de bank… Na een kopje thee en een koek heb ik weer wat energie en enigszins fris begin ik aan melding nummer vier. De overleden dame is zeer oud geworden en haar lichaam heeft niet veel meer te verteren. Steeds vaker bemerk ik bij mezelf een soort vertedering voor ‘oudjes’ en vraag me af wat hun lange leven hen allemaal gebracht heeft. Nadat ik het dametje heb verzorgd en gekleed sta ik (figuurlijk uiteraard) even met mijn handen in mijn haar omdat ‘heur haar’ een ‘vogelnestje’ blijkt te zijn. De elastiekjes en spelden die de familie bij de kleding heeft gedaan geven mij een idee wat de bedoeling is en met de knot van mijn oma in gedachten ga ik aan de slag.

Als ik uiteindelijk klaar ben en me afmeld doe ik een schietgebedje dat er geen melding meer is. Het is inmiddels 5.45 en even later duik ik verheugd op de bank én op Pippi en word om 6.30 weer verdwaasd wakker van de wekker. Even fris worden voor de overdracht.

Thuis, na een aantal uren slaap, breng ik de dag door in joggingbroek én met haar als een vogelnestje. Vanavond nog een paar uurtjes slapen voor mijn volgende nachtdienst weer begint en… stiekem hoop ik op een nacht samen met Pippi op de bank...

----------------------------

Mariëlle van Heteren-Verkerk is overledenenverzorgster /mortuariummedewerkster. Haar werkzaamheden bestaan uit het geven van de laatste verzorging aan overledenen in ziekenhuizen, diverse zorginstellingen en in enkele gevallen bij de overledene thuis. Verder alle voorkomende mortuariumwerkzaamheden, waaronder het assisteren van politie en schouwarts ingeval van niet-natuurlijk overlijden en het opvangen en begeleiden van nabestaanden bij confrontatie en rouwbezoek.

Eerdere bijdragen van Mariëlle:
Koorddanser
Deadline

Terug naar archief...